Toen Jezus hoorde dat Johannes de Doper gevangen genomen
was, begreep hij dat zijn taak nu begon. Hij verlaat Nazaret en gaat naar
Kafarnaüm, aan de oever van het meer.
Matteüs beschrijft hoe Jezus al drie keer heeft moeten
uitwijken. Eerst naar Egypte om de moordplannen van Herodes te
ontvluchten.
Later uit Juda naar Nazaret uit vrees voor Archeüs, de
zoon en opvolger van Herodes. En nu dus naar Kafarnaüm. Hij begint zijn werk
niet in de grote steden, maar juist in de uithoeken van het land, waar joden en
niet-joden samenwonen.
Hij begint niet bij vooraanstaande mensen, maar bij het
gewone volk. Daar voelt hij zich thuis. Zij zijn het volk waar duisternis heerst
en voor wie nu een helder licht opgaat.
Hij leert hen hun grenzen te verleggen.Keer je leven om,
verander van mentaliteit , geloof dat je nog een nieuwe toekomst kunt
beginnen.
Tegen zijn leerlingen zegt hij dat ze hem moeten volgen,
dan zal hij hen vissers van mensen maken. Hij zegt: "Laat je verleden achter, want geloof dat er
meer is in jou". Zij hebben de belangrijke taak, mensen de reddende hand te
bieden om ze uit de zee van ellende te halen, waarin ze dreigen onder te
gaan.
Het rijk van God is ophanden. Dat wil zeggen dat
gerechtigheid, vrede, genezing van zieken, bevrijding van mensen en troost voor
de bedrukten dichter bij zijn.
Regeringsleiders, kooplui(lieden), priesters en profeten
hebben steeds het tegenovergestelde gezegd. Zij worden nu zenuwachtig, terwijl
ze niet in de gaten hebben, dat Jezus geen koninklijk gezag, geen bepaalde
kleding en geen titel wil. Zoals gezegd: hij zoekt het bij eenvoudige
mensen. Het gewone volk. Wij dus. Als hij tegen zijn leerlingen
zegt: "Ga met mij mee", dan is dat ook voor ons bedoeld. Wij worden geroepen en
dat is best moeilijk.
Wij hebben niet altijd zin om allerlei verhalen aan te
horen of toestanden mee te maken. Onvoorwaardelijk kiezen is zo definiitief. We
willen weer weg als we het zat zijn.
Wie mag er met ons mee? Met wie mogen wij op de levensweg?
Zij die met ons meegaan en onze lotgevallen willen delen, bepalen de smaak en de
waarde van ons leven. En we hebben het niet altijd voor het zeggen wie er met
ons meegaat. Geheel onverwacht kun je verwikkeld raken in de problematiek van
anderen. We staan dan op een kruispunt en weten niet meer wat we moeten doen.
Kunnen we de verantwoordelijkheid wel aan? Ga ik alleen mee, of is er iemand die
met mij meegaat" God gaat met ons de weg die niemand met ons durft te
gaan.
Hoe alleen je je ook voelt, God gaat mee, soms onverwacht.
Dat is de kracht die in ons geloof zit.Je kiest; je durft te wagen; je gaat een moeilijke weg die
niet doodloopt. Je inzet is niet tevergeefs. Misschien moeten we ook niet onvoorwaardelijk
kiezen.
Je weet niet eens of je dat kunt waarmaken. Draag alleen
dat wat je dragen kunt. Geen extreme dingen doen. Zorg voor hen die aan jou zijn
toevertrouwd. Langzaam krijg je de kracht die je nodig hebt.Dat is ook wat Jezus wakker roept bij de
vissers.
Zij geloven dat heus niet iedereen achter Jezus aanloopt,
maar zij geloven wel dat ze nooit meer alleen zullen zijn. En dat moeten
wij ook geloven. Vertrouw op God.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten